vrijdag 25 februari 2011
donderdag 24 februari 2011
céline*donderdag*fémous
En wie staat er deze week in de weekendknack?
Ja, idd, Fé zelf !
Toen ik hier begon te werken was ik heel even bang van al die vrouwen.
Elke vrouw weet dat het makkelijker is een man naar haar hand te zetten, dan een andere vrouw.
Maar tot nu toe hebben mijn vooroordelen geen gelijk gekregen. Ik merk niet eens op dat 14van de 15werknemers vrouwen zijn. En waarom ? Omdat bij Fé alleen maar straffe madammen werken.
Madammen met karakter, pit en een zelfverzekerdheid van hier tot in ...,vrouwen met dat ietsje meer dus. (...en dat zeg ik niet alleen omdat ik hier nu ook sinds kort werk )
Ja, idd, Fé zelf !
Toen ik hier begon te werken was ik heel even bang van al die vrouwen.
Elke vrouw weet dat het makkelijker is een man naar haar hand te zetten, dan een andere vrouw.
Maar tot nu toe hebben mijn vooroordelen geen gelijk gekregen. Ik merk niet eens op dat 14van de 15werknemers vrouwen zijn. En waarom ? Omdat bij Fé alleen maar straffe madammen werken.
Madammen met karakter, pit en een zelfverzekerdheid van hier tot in ...,vrouwen met dat ietsje meer dus. (...en dat zeg ik niet alleen omdat ik hier nu ook sinds kort werk )
woensdag 23 februari 2011
Céline * woensdag * Leve Facebook!
Situatieschets
Ik fiets na het werk van het station naar huis en wat zie ik bij het voorbijvlammen ?
Er ligt een bruinkleurig pakje met het logo van FNAC midden opstraat. Eerst twijfel ik, maar raap het toch op, denkend dat het leeg is. Maar neen, er zit wel degelijk iets in . Een omslag volgeplakt met hartjes trekt mijn aandacht. Er staat geschreven ‘ Lieve en Roos’ 20 jaar Simonnet. Met in de omslag een fnacbon van wel 100 euro, in het gezelschap van een parelketting. Er staat geen adres op de kaart, noch een familienaam.
Wél schiet mij te binnen dat Simonnet een school is.
Op facebook plaats ik vervolgens: ‘Kent er toevallig iemand een zekere Roos of Lieve die les geeft op Simonnet?’
En ja, slechts 5minuten later reageert mijn goede vriendin Melissa met te zeggen dat zij wel een jufvrouw Roos kent waar zij les van had op de Simonnetschool van haar 6 tot haar 12.
Ondertussen roept haar moeder van op de achtergrond . “Ja, juffrouw Roos, die woont in uw straat Céline” !
U kunt het al raden wie ik de volgende ochtend gelukkig heb mogen maken...
Juffrouw Roos bleek schuin over mij te wonen , en heeft me 2uur in haar huis gehouden onder invloed van vele glaasjes Porto.
Nu vraag ik me af wat u zou doen als u geld zou vinden op straat?
Als ik kan achterhalen van wie het is, probeer ik dat ook.
Maar als het enkel geld is, zonder meer, neem ik het mee.
Ik ga echt de politie niet blij maken met cash.
Moraal van het verhaal:
Facebook is meer dan alleen online uw leven onderhouden. Je kan er ook iemand gelukkig mee maken.
dinsdag 22 februari 2011
Cé bij Fé * dinsdag
Hierbij stel ik mezelf voor. Ik ben Céline, de nieuwe junior AD. Uit gent . ( Dit laatste zal u nog wel merken.)
Vanwaar mijn voorliefde voor reclame ?
Het begon allemaal bij het zien van de in mijn ogen slechte reclame, en de behoefte om daar verandering in te brengen.
Ik ben dan ook anti de ' geen reclame a.u.b. -stickers, en blader elke week sowieso in de reclamefolders die in mijn bus belanden.
Hieronder een 'geweldig' voorbeeld.
Ja, het is bijna carnaval , maar moeten we andere kinderen nu echt doelbewust aanzetten 'die van ons’ te pesten?
Neen, een bananenpak is niet 'toppie' . (Gelukkig alleen te verkrijgen bij Blokker...).
woensdag 16 februari 2011
lena * woensdag * irina werning: back to the future
Mooi fotografie project van Irinia werning in m'n RSS feed van designboom vandaag. Ze nodigt mensen uit om voor haar camera "back to the future" te gaan.
Het kriebelt om het zelf ook te proberen!
'back to the future' series by irina werning
(above) 'cecile in 1987 & 2010', france
image © irina werning
mechi in 1990 & 2010', buenos aires
image © irina werning
BENN AND DAN IN 1979 & 2010, London
'pancho in 1983 & 2010', buenos aires
image © irina werning
Het kriebelt om het zelf ook te proberen!
'back to the future' series by irina werning
(above) 'cecile in 1987 & 2010', france
image © irina werning
mechi in 1990 & 2010', buenos aires
image © irina werning
BENN AND DAN IN 1979 & 2010, London
'pancho in 1983 & 2010', buenos aires
image © irina werning
dinsdag 15 februari 2011
Lena * Dinsdag * Laat de frisse wind maar waaien!
Soms kom je na een lange tijd van afwezigheid (bijvoorbeeld omwille van zwangerschapsverlof of tijdskrediet) terug op kantoor om vast te stellen dat alles nog z'n gewone gangetje gaat. Na drie dagen lijkt het alsof je nooit bent weggeweest.
Ik ben echter amper 6 dagen out geweest en er is in die korte tijd veel veranderd bij Fé. De line-up van de Feetjes op de website is amper een maand oud en nu al out of date.
Er beweegt van alles en dat is goed. I Like that.
Vandaag met de turbo op gewerkt en alleen maar enthousiaste feedback gehad.
Laat de frisse wind maar waaien!
Ik ben echter amper 6 dagen out geweest en er is in die korte tijd veel veranderd bij Fé. De line-up van de Feetjes op de website is amper een maand oud en nu al out of date.
- Catherina is terug (hoera!). Als senior coördinator gaat ze meehelpen de drukke work load van de laatste maanden in goede banen te leiden.
- Jammergenoeg kon Annemie niet blijven als junior account. (boehoe!) Vandaag hebben de Feetjes afscheid genomen met een etentje in ons stamcafé: de Stanny. Ik kon er niet bijzijn, maar heb aan de telefoon een Annemie gehoord die al volop nieuwe plannen aan het maken is (ik had niets anders verwacht van deze kwieke dame) en ik wens haar alle succes van de wereld!
- Ook in de studio krijgen we versterking (en die is van harte welkom) Céline is een enthousiaste madam uit Gent die ons vanaf vandaag officieel komt versterken al junior AD. Welkom Céline!
- Verder zat Marjan, mijn "oude" artistieke leermeester, in de studio te freelancen en kwam Gerdien, ook freelance AD, na een geslaagde opdracht even kennismaken met het hele team.
Er beweegt van alles en dat is goed. I Like that.
Vandaag met de turbo op gewerkt en alleen maar enthousiaste feedback gehad.
Laat de frisse wind maar waaien!
maandag 14 februari 2011
Lena * Maandag * Eigen schuld, dikke bult!
“Happy valentine allemaal!”, riep Dewi vanochtend toen ze binnenkwam.
Goh, ik ben vooral happy om terug te zijn, denk ik, na een dikke week in bed te hebben doorgebracht. Gebroken, zonder weerstand. Te hard gewerkt en te weinig naar m’n zwangere lijf geluisterd. "Dure de comprenure", zou mijn opa zeggen.
Vroeger dacht ik dat sinusitis een term was voor mensen die verkouden zijn en daarvoor een gewichtig en duur woord gebruiken. Als kleindochter van een huisarts heb ik namelijk geleerd dat ziek zijn iets is wat alleen andere mensen overkomt (en die anderen overdrijven graag.)
Wel, ik moet toegeven dat ik me vergist heb. Ik heb 5 dagen het gevoel gehad onderhanden genomen te zijn door Muhammad Ali himself.
Toen het wat beter begon te gaan en ik vol optimisme ‘s ochtends opstond met het gevoel van “yes, ik ben er bijna vanaf” werd ik steevast rond een uur of 11 opnieuw knock-out geslagen. Moedeloos werd ik ervan. Geef mij maar een keelontsteking, dat is tenminste bekend terrein.
Gelukkig worden de knock-out momenten stilaan vervangen door eenvoudig hoofdpijn venijn. Elke dag een beetje minder (hoor mij hier klagen). Het komt dus weer goed!
Ik ben me er wel weer van bewust dat ik een ongeduldige zieke ben. Ik heb vaak ook niet zo veel begrip voor mijn zieke, (volwassen) medemensen. Sorry, lieve mensen. Ik ga daar in de toekomst op letten. Ik zal medelijden hebben en al het gejammer en gekreun aux sérieux nemen. Ik heb namelijk echt geen zin om aan de lijve te moeten ondervinden hoe pijnlijk een oorontsteking, liesbreuk of hernia kan zijn. Spaar me, alstublieft!
Vanaf vandaag kijken we de toekomst weer vol vreugde tegemoet.
Goh, ik ben vooral happy om terug te zijn, denk ik, na een dikke week in bed te hebben doorgebracht. Gebroken, zonder weerstand. Te hard gewerkt en te weinig naar m’n zwangere lijf geluisterd. "Dure de comprenure", zou mijn opa zeggen.
Vroeger dacht ik dat sinusitis een term was voor mensen die verkouden zijn en daarvoor een gewichtig en duur woord gebruiken. Als kleindochter van een huisarts heb ik namelijk geleerd dat ziek zijn iets is wat alleen andere mensen overkomt (en die anderen overdrijven graag.)
Wel, ik moet toegeven dat ik me vergist heb. Ik heb 5 dagen het gevoel gehad onderhanden genomen te zijn door Muhammad Ali himself.
Toen het wat beter begon te gaan en ik vol optimisme ‘s ochtends opstond met het gevoel van “yes, ik ben er bijna vanaf” werd ik steevast rond een uur of 11 opnieuw knock-out geslagen. Moedeloos werd ik ervan. Geef mij maar een keelontsteking, dat is tenminste bekend terrein.
Gelukkig worden de knock-out momenten stilaan vervangen door eenvoudig hoofdpijn venijn. Elke dag een beetje minder (hoor mij hier klagen). Het komt dus weer goed!
Ik ben me er wel weer van bewust dat ik een ongeduldige zieke ben. Ik heb vaak ook niet zo veel begrip voor mijn zieke, (volwassen) medemensen. Sorry, lieve mensen. Ik ga daar in de toekomst op letten. Ik zal medelijden hebben en al het gejammer en gekreun aux sérieux nemen. Ik heb namelijk echt geen zin om aan de lijve te moeten ondervinden hoe pijnlijk een oorontsteking, liesbreuk of hernia kan zijn. Spaar me, alstublieft!
Vanaf vandaag kijken we de toekomst weer vol vreugde tegemoet.
vrijdag 11 februari 2011
Fran * vrijdag * Koos en Ans en Koos
"Koos nam Ans ook!"
Ja, sterker dan met deze openbaring kon ik niet starten vandaag. Het is immers palindroomdag: 11 02 2011. Ik had graag iets actuelers gezet, over Egypte of regeringsvormingen of de samenwerking van Nokia met Microsoft, maar het is nu eenmaal niet anders. Het is palindroomdag, de poging van woordige mensen om de symmetrie van de natuur terug te brengen in onze oppermachtige letterwereld.
Ik moet toegeven dat ik er wel wat mee heb, met symmetrie. Iemand zei me ooit dat symmetrie 'de esthetiek' was 'van de armen van geest', en dat vond ik behoorlijk confronterend. 'Ben ik dan arm van geest?', dacht ik even, maar achteraf beschouwd bedoelde hij het wellicht niet als een noodzakelijke of voldoende kenmerk voor die toestand. Nee, hoogstwaarschijnlijk had hij helemaal geen diagnostiserende doelstellingen in gedachten, maar was het er hem enkel om te doen symmetrie op een originele wijze te beschimpen.
Maar waarom eigenlijk?
Wat is er dan fout aan symmetrie? Waarom fulmineerde die man er zo tegen?
Akkoord, er gaat weinig spanning van uit. Het is misschien wel saai - het ergste wat je maar kunt zijn in deze tijden van beleving, transformatie en alsmaar beter. Het lijkt weinig verrassend of inspirerend...
Maar als je het zo bekijkt, vergeet je iets belangrijks, denk ik: namelijk de omgeving. Onze mensenwereld is niet symmetrisch. We hebben overal om ons heen spanning, onevenwicht en opjagende dynamiek. Stress vormt de soundtrack van ons leven. We zijn gefocust op ongelijkheid, op onaffe zaken en taken, op tekort en teveel, en blijven de hele dag heen en weer hollen om ons leven in balans te krijgen.
En dan is evenwicht net aangenaam toch?
Nee, uit zijn context is symmetrie best wel vervelend, maar binnen de beweging en de spanning is het een baken, een veilige haven. Het is thuiskomen.
Daarom applaudiseer je toch bij een jazz-optreden? Omdat de solist, na er matenlang een onmogelijk zootje van gemaakt te hebben, er toch weer in slaagt om het thema terug te vinden en even netjes te herhalen als in het begin. Het evenwicht is hersteld.
Zijn alle verhalen geen pogingen om na een initiële breuk het evenwicht terug te vinden bij de hoofdpersoon? En heel vaak kom je dan weer uit bij A. Denk maar aan de Japanse Steenhouwer van Multatuli. Of de rondo-vorm.
Symmetrie is geen spanning, nee, het is het taartje waar je het precies om doet. Destress, zoals het heet in de Fé.-cyclus. Alle eindjes worden aan elkaar geknoopt.
En Ans vindt het allemaal prima. Want zij houdt ook wel van Koos.
Ja, sterker dan met deze openbaring kon ik niet starten vandaag. Het is immers palindroomdag: 11 02 2011. Ik had graag iets actuelers gezet, over Egypte of regeringsvormingen of de samenwerking van Nokia met Microsoft, maar het is nu eenmaal niet anders. Het is palindroomdag, de poging van woordige mensen om de symmetrie van de natuur terug te brengen in onze oppermachtige letterwereld.
Ik moet toegeven dat ik er wel wat mee heb, met symmetrie. Iemand zei me ooit dat symmetrie 'de esthetiek' was 'van de armen van geest', en dat vond ik behoorlijk confronterend. 'Ben ik dan arm van geest?', dacht ik even, maar achteraf beschouwd bedoelde hij het wellicht niet als een noodzakelijke of voldoende kenmerk voor die toestand. Nee, hoogstwaarschijnlijk had hij helemaal geen diagnostiserende doelstellingen in gedachten, maar was het er hem enkel om te doen symmetrie op een originele wijze te beschimpen.
Maar waarom eigenlijk?
Wat is er dan fout aan symmetrie? Waarom fulmineerde die man er zo tegen?
Akkoord, er gaat weinig spanning van uit. Het is misschien wel saai - het ergste wat je maar kunt zijn in deze tijden van beleving, transformatie en alsmaar beter. Het lijkt weinig verrassend of inspirerend...
Maar als je het zo bekijkt, vergeet je iets belangrijks, denk ik: namelijk de omgeving. Onze mensenwereld is niet symmetrisch. We hebben overal om ons heen spanning, onevenwicht en opjagende dynamiek. Stress vormt de soundtrack van ons leven. We zijn gefocust op ongelijkheid, op onaffe zaken en taken, op tekort en teveel, en blijven de hele dag heen en weer hollen om ons leven in balans te krijgen.
En dan is evenwicht net aangenaam toch?
Nee, uit zijn context is symmetrie best wel vervelend, maar binnen de beweging en de spanning is het een baken, een veilige haven. Het is thuiskomen.
Daarom applaudiseer je toch bij een jazz-optreden? Omdat de solist, na er matenlang een onmogelijk zootje van gemaakt te hebben, er toch weer in slaagt om het thema terug te vinden en even netjes te herhalen als in het begin. Het evenwicht is hersteld.
Zijn alle verhalen geen pogingen om na een initiële breuk het evenwicht terug te vinden bij de hoofdpersoon? En heel vaak kom je dan weer uit bij A. Denk maar aan de Japanse Steenhouwer van Multatuli. Of de rondo-vorm.
Symmetrie is geen spanning, nee, het is het taartje waar je het precies om doet. Destress, zoals het heet in de Fé.-cyclus. Alle eindjes worden aan elkaar geknoopt.
En Ans vindt het allemaal prima. Want zij houdt ook wel van Koos.
donderdag 10 februari 2011
Fran * donderdag * Gewicht in de schaal
Het enige magere is de troost. Ik ben niet alleen. Bijna alle vrouwen zijn bezig met hun uiterlijk, en de helft vindt zich te dik. Dat vertelt het Fé. Vrouwenrapport me. Als Fé’tje mag ik die gegevens inzien, en me warmen aan de troostende cijfers wanneer ik me weer eens afvraag of ik er wel ok uitzie.
Vandaag mag ik mee naar een klant om een voorstel te presenteren, en ben ik dus vroeger dan anders uit bed gesprongen om mijn lichaam in een aanschouwbare vorm te boetseren. Ik begin dan met goede moed, veel zeep en een warme douche, maar al bij het afdrogen overvallen me de twijfels. Sponsen handdoeken helpen niet. De twijfel blijft kleven, kruipt weg tussen de huidplooien, en hoe meer huidplooien, hoe dieper de twijfel zich nestelt. Ik probeer me zo dun mogelijk te maken, het vel glad te trekken. Ik overweeg het strijkijzer en de straightener en neem mezelf voor om er volgende keer echt wat aan te doen. Ik moet de koekjes en die chocolade op de vergadertafel laten voor anderen. ‘Zalig de mageren van Fé, want zij zullen zoet zien.’, mompel ik. Stond dat ook niet in de Bergrede?
Mijn iPad probeert me ook nog wat vertrouwen in te pompen. Ze toont me een infographic van de Washington Post over de zwaarlijvigheid in de wereld. Alle vrouwen worden zwaarder, animeert ze met bolletjes die over het scherm zwermen richting grote maten. Als ik Nauruaans was, zouden mijn landgenoten me vast een schriele meid vinden, ontdek ik er, want daar is het gemiddelde BMI 35. En ook in Koeweit zou ik me vast goed voelen, want daar kan ik met mijn 23 helemaal niet op tegen de ingeburgerde 32. Ja, ik blijk het zelfs iets beter te doen dan de gemiddelde Belgische vrouw, lees ik, want die bevindt zich net boven de onwelvoeglijke grens van de 25.
Het valt dus best mee, besluit ik, na nog een blik op de weegschaal, een inspectie voor de spiegel en laatste ronde met de poederborstel.
Nee, ik ben niet dik. Ik moet me niet aanstellen. 23 is prima, hou ik me voor. Ik lees het nog even na op Wikipedia, en, jaja, 23 is een normaal gewicht.
“Ik ben normaal. Ik ben ok.”, jaag ik de twijfel een hoekje in: “Blijf. Zit!” En ik vul me met zeker.
Tot ik bij Fé. kom.
“21,6.”
Jawel.
“21,6!”
Dat is het gemiddelde gewicht van de Fé’tjes. Ze zweven nog niet niet, mijn iele collega’s.
Om daaraan te geraken moet ik acht kilo kwijt!
“Ik moet dringend vermageren”, zegt eentje dat zelfs onder de 20 blijft.
“Er moet toch wel een maatje af. Ik kan niet meer in mijn training.”, zegt haar cijfergenote.
En huppekee, daar is twijfel weer.
Ik knik begrijpend naar mijn lieve collega, terwijl die door een windvlaag wordt opgetild en enkele meter verder zachtjes neerstrijkt op haar stoel.
Ik knik begrijpend. Ik snap opeens waarom ik mee mag naar de presentatie.
Ik mag gewicht in de schaal werpen.
In het land der lichten, is medium zwaargewicht.
woensdag 9 februari 2011
Fran * woensdag * Toeters en bellen
Wanneer de AD me vroeger opdroeg om ‘niet te veel toeters en bellen’ in een website te stoppen, dacht ik altijd aan carnavaleske toestanden. Ik zag mannetjes met foute hoedjes voor me en flauwe plezante grappen en grollen die dan over de pagina stappen en rollen. Ik dacht aan felle kleuren, floepende en flitsende flikkerflashdingen, en een achtergrondmuziekje waar je horendol van werd.
Maar nu ik in Antwerpen woon, krijgt de uitdrukking een heel nieuwe betekenis. Het gaat gewoon om aandachttrekkers. Heel wat Antwerpenaren lijken immers te spreken in toeters en bellen. Chauffeurs lijken vergroeid met hun claxon en fietsers met hun fietsbel.
Ik kom nog maar de straat uitgefietst, en daar is de eerste bel al. In het begin dacht ik dat ik iets fout deed, of me heel onbehoorlijk gedroeg, dus excuseerde ik me toen de man, vervolgens de vrouw, toen weer een man, een jongen en een meisje me voorbijreden, allemaal na het obligate gebel. Maar toen ik de volgende dagen, bij wijze van experiment, helemaal rechts, net niet in het gootje ging rijden, bleven ze toch bellen.
Was er dan iets fout met de fiets? Het is een oer-Nederlandse, dat geef ik toe, maar verder? Ik vroeg het mijn al even Nederlandse vriendin: “Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen?”, maar ze zag ook niks mis.
Mijn voorlopige conclusie is dan ook dat het niet aan de fiets of de rijstijl, maar aan de Antwerpenaars zelf ligt. Het is misschien een stukje vrolijke volkscultuur? Misschien is het een stedelijke manier van vriendelijk begroeten? Of misschien zien deze ‘toeters en bellen’-mensen gewoon niet zo goed, kunnen ze moeilijk “het gat passen”, en panikeren ze al als ze iemand voor zich zien opduiken. Dat zou overigens ook meteen verklaren waarom ik hier zoveel vuil naast i.p.v. in de vuilnisbakken zie.
Of misschien ben ik gewoon te teergevoelig voor de stad, en ben ik teveel gewoon geworden aan het zachte “pardon?” uit West-Vlaanderen, waar mensen slechts met veel schroom de aandacht vragen. Waar elke opmerking vooraf wordt gegaan door een stil kuchje en een opgestoken vinger.
Zou het wennen? Dat weet ik niet. Voorlopig rij ik van het schrikken nog steeds het trottoir op, de struiken in, om tussen het zwerfvuil te belanden.
Maar één iets weet ik zeker: ik wil ook geen toeters en bellen meer op mijn websites.
Ik kom nog maar de straat uitgefietst, en daar is de eerste bel al. In het begin dacht ik dat ik iets fout deed, of me heel onbehoorlijk gedroeg, dus excuseerde ik me toen de man, vervolgens de vrouw, toen weer een man, een jongen en een meisje me voorbijreden, allemaal na het obligate gebel. Maar toen ik de volgende dagen, bij wijze van experiment, helemaal rechts, net niet in het gootje ging rijden, bleven ze toch bellen.
Was er dan iets fout met de fiets? Het is een oer-Nederlandse, dat geef ik toe, maar verder? Ik vroeg het mijn al even Nederlandse vriendin: “Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen?”, maar ze zag ook niks mis.
Mijn voorlopige conclusie is dan ook dat het niet aan de fiets of de rijstijl, maar aan de Antwerpenaars zelf ligt. Het is misschien een stukje vrolijke volkscultuur? Misschien is het een stedelijke manier van vriendelijk begroeten? Of misschien zien deze ‘toeters en bellen’-mensen gewoon niet zo goed, kunnen ze moeilijk “het gat passen”, en panikeren ze al als ze iemand voor zich zien opduiken. Dat zou overigens ook meteen verklaren waarom ik hier zoveel vuil naast i.p.v. in de vuilnisbakken zie.
Of misschien ben ik gewoon te teergevoelig voor de stad, en ben ik teveel gewoon geworden aan het zachte “pardon?” uit West-Vlaanderen, waar mensen slechts met veel schroom de aandacht vragen. Waar elke opmerking vooraf wordt gegaan door een stil kuchje en een opgestoken vinger.
Zou het wennen? Dat weet ik niet. Voorlopig rij ik van het schrikken nog steeds het trottoir op, de struiken in, om tussen het zwerfvuil te belanden.
Maar één iets weet ik zeker: ik wil ook geen toeters en bellen meer op mijn websites.
dinsdag 8 februari 2011
Fran * dinsdag * In ... we trust
Thuis werken geeft de kans om lekker te hyperfocussen in een rustige, huiselijke sfeer. Dat kan ik wel waarderen, eigenlijk. Ik zit dus in kleermakerszit op de bank met een mac vol wereld op de schoot, wanneer ik op Edelmans Trust-barometer stoot.
"Is die er al weer?", schrik ik even.
De barometer meet blijkbaar ook mijn gevoel voor tijd, en die is er duidelijk erg op achteruit gegaan. Aan de ene kant lijkt het pas gisteren dat ik de vorige versie zag, maar aan de andere kant is mijn leven sinds die gisteren dan wel heel erg omver gegooid. En daarmee ook mijn vertrouwen in allerlei waarden en waarheden uit een vorig leven. Staat dat ook in de barometer?
Edelman heeft het niet over mij, gelukkig, maar wel over de wereld post-bankcrisis, en dat zie je bijzonder snel. Ik blijf een dikke minuut naar de grafiek met - niet zo - vertrouwde sectoren kijken, en schrik toch wat. Dat verzekeringen slecht zouden scoren, dat leek me logisch. Een sector die het woord 'zeker' in zijn naam moet dragen, kun je toch niet vertrouwen? Je vertrouwt toch ook geen yoghurt die zich 'lekkernij' noemt? Of wel?
Ik ben wel wat verbaasd over de hoge score van de autosector. Wanneer houdt dat eigenlijk op? Elke dag, fietsend naar het werk, kijk ik gruwend naar die bakken, en nog gruwender naar de vele reclames voor nog meer van die dingen langs de weg.
Maar het meest ben ik getroffen door de hoogste en laagste scores. Technologie en financiële instellingen. Het treft me omdat ik vandaag over Triodos Bank mag nadenken, en vertrouwen net een van de sleutelwoorden is die we hebben omcirkeld. Het sterkt me in de gedachte dat we deze lijn moeten doortrekken. Andere grafieken in het onderzoeken werken dit nog verder uit, en in heb het gevoel op een informatieve goudmijn te zijn gestoten. Hier kan ik iets mee, bedenk ik, terwijl een afwijkende kant in mijn hersenen me er glimlachend op wijst dat de grafiek wel moet kloppen: "Immers, ik zit op de bank met mijn mac op schoot, toch? En niet andersom."
"Hou je koest.", tik ik de afwijkende hersenen op de vingers. "We gaan aan de slag. Hyperfocussen."
Thuis werken is leuk.
maandag 7 februari 2011
Fran * maandag * Een vlucht regenwulpen
Wat een heerlijke wind weer. Heerlijk om tegenin te fietsen. Ik voel me heel wakker, heel bewust, alsof ik toch een beetje grip heb op mijn leven.
Boven me vliegt een vlucht vogels. 'Regenwulpen', zeg ik meteen, omdat die titel me altijd is blijven achtervolgen hoewel ik niet weet hoe zo'n wulp er dan uitziet. Niet wulps alvast, maar verwarrend, zoals deze vlucht.
Jaren heb ik gedacht dat er een leider vooraan vloog aan zo'n groep vogels, die de anderen op sleeptouw nam en ze netjes zou begeleiden naar een gezellige nestplaats of een walking dinner aan de waterkant.
'Niks van', vertelde mijn vriendin me dit weekend. 'Er is geen leider. De vogels dringen elkaar de leiding op. Iedere vogel wil eigenlijk beschutting achter de ander, en drukt zo een ander naar voor, die dan draait en keert op de wind om weer achter de andere te geraken. Niemand wil zijn kop uitsteken. De leider is niet de top- maar de pechvogel.'
Zijn mensen ook zo, vraag ik me dan af. Wij zijn toch ook kuddedieren? Zijn onze leiders ook de kop opgedrongen? Als ik met een groepje amateurwielrenners ga rijden, merk ik ook soms dat ik opeens vooraan rijd, zonder dat ik dat wil. En dan hoop ik op een bocht waar ik onopvallend naar binnen kan schuiven en een ander de leiding kan opdringen.
Het wordt natuurlijk anders wanneer een camera opduikt of het om winnen of verliezen gaat. Dan komen de haantjes naar voor. Maar verder? Speelt die kuddegeest, de wens om ons achter de ander te verstoppen, niet meer dan ambitie en de drang naar beloningen? En kan ik iets met dat inzicht om campagnes uit te tekenen?
De wind steekt intussen nog feller op, en ik kijk onwillekeurig achterom. Kijk eens aan, er blijken drie mensen achter me aan te fietsen.
Giechelend laat ik me uitzakken. Jullie beurt om de wind te vangen, denk ik.
vrijdag 4 februari 2011
Charlotte * donderdag * De dominante factor
Mijn kans gegrepen. Zonder twijfel. Recht op mijn doel af.
Mijn gewicht in de schaal gelegd. De lichamelijke meerwaarde (een spotprijs voor zuivere longen, (eerlijkheid gebied me hier te ontboezemen: af en toe zwicht ik nog (grrrr... het begint eerder naar 'soms' te neigen)) in m’n voordeel uitgedraaid.
Mijn kracht doen gelden. Met rollende spierballen en geklemde kaken.
Mijn goed fatsoen achterwege gelaten. Mijn deugdelijkheid overboord gegooid.
Mijn andere gezicht, ware gelaat (?) getoond.
Genoegdoening. Ontlading. Bevrijding. Verlossing. Werden mijn deel. Wat een kick!
Wat een zaligheid dat deze ervaring vereeuwigd werd. De Dominatrix dankt U.
woensdag 2 februari 2011
Charlotte * woensdag * Het is nooit enkel zakelijk...
… maar altijd ook persoonlijk. Een basis communicatieregel van Fé. die ik met lijf & leden onderschrijf en waarop ik me graag beroep om ook een beetje privé in deze openbaarheid te zwieren.
Gisteren. Nog op kantoor. Drukdoende de laatste loodjes leggen. Kwaakte mijn telefoon. Hallo, met Charlotte. Dag mijn allerliefste konijnenkeuteltje, antwoordde de andere kant van de lijn. Zin om morgen samen een hapje te eten?, ging deze verder.
Ook al zou ik tal van andere (ja zelfs, spannende) plannen hebben gehad, voor een aanbod voorafgegaan van dergelijke aanhef moet alles wijken. Ik keelde volmondig JA! met een onafwasbare grijns om de lippen. Nooit geweten dat uitwerpselen zo liefdevol kunnen klinken.
Het werd Chinees. Campari met ijs, waarvan de ober bijzonder vreemd opkeek. Dimmm Summm Special. Rundvlees met gember en lente-uitjes. Maar ook een geanimeerd gesprek over de standen van mijn zaken waarin nieuwe, heldere inzichten aan de hand van schuifelende flesjes en sorteerhandelingen voor chips werden geconcretiseerd. De situatie zo onder woorden gebracht, lijkt behoorlijk vager dan ze was. Het was vooral erg gezellig. Genoten.
Dankjewel, lieve papa. Dankjewel, zachte berenstront.
(blijkbaar valt de innemende aanspreking enkel te overtreffen)
Charlotte * dinsdag * Middenin het spinnenweb
Op uitnodiging van de Provincie Limburg is zowat half Fé. uitgerukt naar Bilzen. Communicatieambtenaren van lokale besturen en OCMW’s en hun collega’s op provinciaal niveau kregen eerst een lezing over ons Vrouwenrapport. Daarna stond in kleinere groep een workshop op het programma met een oefening rond ons web. Je weet wel…. Of nog niet?
Ieder individu heeft een web van belangen rondom zich: werk, partner, gezin, spiegel, vrije tijd, omgeving en de wereld. Vrouwen spinnen constant meerdere draden in dit web. Alles is (onlosmakelijk) met elkaar verbonden. Zo heb je bijvoorbeeld liefst een job waarin je een deel van jezelf kwijt kan, op de partner moet je kunnen steunen, de kinderen moeten het goed doen op school, blijft tijd voor jezelf vaak slechts een nobel voornemen en ook familie en vrienden zijn belangrijk... Herkenbaar? Communicatie naar een specifieke doelgroep is gebaat bij kennis en rekeningschap van dit web voor deze groep.
Er is voor alles een eerste keer. Dit was mijn eerste workshop. Afgelopen week had ik de gedachte niet toegelaten, maar ’s ochtends in de auto daarheen was ik niet bepaald vrolijk Fé.etje. Waar heb ik me in hemelsnaam voor geëngageerd? Waarom heb ik de boot niet afgehouden? Luid en duidelijk aangegeven dat dergelijke avonturen niet voor me zijn weggelegd? Blablablabla… Beetje brommende faalangst aan het woord.
En voila… Al zeg ik het zelf (per uitzondering!), ik heb het er wonderwel vanaf gebracht. Open. Vriendelijk. Geduldig. En hopla, een grapje tussendoor. En oh ja, even duidelijk afbakenen en de deelnemers weer op juiste spoor zetten. Ik wil nog wel méér webben aan de vrouw+man brengen, fluister ik in het donker vanachter mijn scherm met een tevreden glimlach om de lippen.
dinsdag 1 februari 2011
Charlotte * maandag * Met terugwerkende kracht…
’t Is dinsdag en ik tref de boodschap in m’n mailbox dat ik ‘Blogger van de Week’ ben. Oeps. Oei. Volledig ontschoten. Totaal onverwachts. Helemaal uit de lucht komen vallen. Heel erg uitzonderlijk voor mijn doen. Verrassing! Fijne afwisseling. Echt waar, zeg ik om de mensen die me niet goed kennen definitief over de streep te trekken.
Ik begin dus met een kleine achterstand die ik bij deze snel wegwerk. Niet onopgemerkt, wel oprecht en elegant. Met de plechtige belofte dat ik de rest van de week netjes op tijd ga vertellen en delen.
Abonneren op:
Posts (Atom)